06.45 uur. Het is vroeg. Erg vroeg. De sterren staan aan de hemel als ik zachtjes de deur van het appartement achter me dichttrekt. Mijn vriendinnen zijn nog onder zeil. Ik wil ze niet wakker maken… Deze vakantie is ook voor hen uitrusten en nergens aan hoeven denken. Ik loop het pad langs het huis omhoog; Casa Dix is ook nog in diepe rust. Boven op het dakterras sta ik onder een immense sterrenhemel met in de verte nog een flauw schijnsel van de maan over de zee. Bij het uitrollen van de yogamat voelt het gelijk goed. Fijn om weer hier te zijn, op deze plek, mijn tweede thuis. Rust, niemand om me heen, even een momentje voor mezelf. De eerste oefening, de zonnegroet, gaat gelijk goed. Beweeglijk door naar de tweede groet en de daarop volgende asana’s (yogahoudingen). Op enig moment raak ik in onbalans, sta te stuntelen op de mat en krijg het zowaar Spaans benauwd. Ik merk dat het dak niet waterpas is, waardoor ik de houdingen niet goed kan afmaken. Bij het verleggen van de mat, trillen mijn benen zo alsof het lijkt dat een bepaalde energie mij uit mijn evenwicht haalt. Willen de sterren mij iets zeggen? Ik start de sessie opnieuw en merk dat een andere, prettigere energie me door de houdingen ‘trekt’. Met geen enkele pijnscheut in mijn onderrug, buig ik moeiteloos voorover en zet mijn handen op de mat. Ik lach in mezelf, voel me haast een volleerd yogi en laat dan mijn gedachten los. Tussen de twee energielijnen op dit dak en de focus op de houdingen, ben ik volledig een met alles om me heen. Merk niet eens dat een hond naar me staat te blaffen en de buurman me vanaf zijn balkon gadeslaat. De mat wordt opgerold, ik knik naar de man en wandel met een tevreden gevoel naar beneden. De sterren zijn gegroet, de Spaanse zon is op.

Vliegensvlug gaan mijn vingers over het toetsenbord. De woorden op schrift geven mij houvast, ordenen mijn gedachten. Met tien vingers raak ik in een trance en laat de boel de boel. Geen inspiratie om na te denken over ingewikkelde communicatietrajecten, moeilijke beslissingen of waarom weer iets wordt uitgesteld… Door met de geit! Dat zijn de woorden van mam, zij kon vroeger ook niet tegen getreuzel. Om al die klussen in mijn hoofd te bedaren, doe ik de zonnegroet, duik in een boek of vertrouw mijn woorden toe aan mijn computer. Van een onzinnig verhaal tot de essentie van het onderwerp, het gebeurt in een seconde. Geen behoefte het nieuws nog eens aan te halen, omdat daar al zoveel over geschreven is. En alles wat in het nieuws komt voor zoete koek aannemen, staat me meer en meer tegen. Want wat is de achtergrond van het nieuws, weten we wat anderen daadwerkelijk te verduren hebben? Of nemen we er slechts notie van? Ik reik liever een hand. Ook al knaagt het gevoel wel eens dat mijn handen gebonden zijn en anderen (onjuiste) beslissingen nemen. Ik blijf dicht bij mezelf om al die beelden niet te laten overheersen en orden mijn gedachten tot een lach. Omdat ik mij bewust ben van mijn omgeving waar wij ongestoord en veilig kunnen wonen en werken, waar kinderen naar school gaan en vrij zijn om te spelen. Waar werk weer voor het oprapen ligt en we klaar staan voor die mensen waar het minder goed mee gaat. Zo geef ik mijn leven richting en heb veel respect voor mensen die daar een beroep van hebben gemaakt. Die een lach weten te toveren op het gezicht van een ziek kind of een mens met Alzheimer. Een knuffel, een kusje, ja, zelfs een grapje, maakt zoveel goed. Dat zijn waardevolle geluksmomentjes… Voor die broodnodige, gulle, lach.

Ode aan de Cliniclowns.
Met cadeauboekje 4 stort ik 1 euro per verkocht exemplaar op de rekening van Cliniclowns

Lezen is een van mijn liefste bezigheden, tijd ervoor maken, soms weleens lastig. En dat terwijl ik toch redelijk goed in balans ben in dit leven. Mensen die mij kennen, weten dat ik me door niets en niemand gek laat maken. Iemand die doet waar ze plezier aan beleeft. Dat klopt. Door ervaring en keuzes in mijn leven ben ik rijker van geest geworden. Zet de televisie niet automatisch aan als ik thuiskom, plof niet moe op de bank, ga fluitend de keuken in voor een lekkere maaltijd of trek mijn wandelschoenen aan om dat energiek ommetje met de hond te maken. Ook na een lange dag op kantoor of na enerverende bijeenkomsten met klanten. Dat gaat me allemaal prima af. Toch kronkel er weleens een adder door mijn hersenpan, die sissend mijn goede intenties overboord gooit. Die tegen me zegt, doe geen moeite, laat je hangen, eet nog wat meer chocolade, pak een extra glas wijn en ga in godsnaam niet op die yogamat, die ‘onmogelijke’ oefeningen doen. Dat reptiel in mijn brein beheerst dan mijn hele doen en laten. Geeft tegengas als ik me toch in mijn yogabroek wurm of mij vóór mijn ochtendwandeling met honderd-en-een excuses opzadelt om maar niet te hoeven gaan. Elk mens bezit zo’n brein, dat instinctief en automatisch reageert. Dat de touwtjes in handen houdt om te overleven. Op zich prima, maar als dat brein, dat er altijd al was, geen pas opzij doet voor nieuwe uitdagingen, dan wordt het gevaarlijk, omdat het wilt dat jij vooral ‘veilig’ in zijn (beperkte) comfortzone blijft. Geen gekke uitspattingen, geen bewuste keuzes, maar gewoon doen wat je altijd al gedaan hebt. Je raakt verveeld, gaat meer eten (of drinken), doet wat anderen zeggen, hebt geen puf meer en leeft als een robot, dag in dag uit. Op zo’n moment druk je het beste dat dominante brein de kop in door je emotioneel-intellectuele brein te laten spreken. De oude reptiel voelt zich dan niet meer gehoord en verdwijnt stilletjes naar de achtergrond. Het voelt dat jij sterker bent, dat je weet wat je wilt. Dus dat jouw intentie in actie overgaat. Ook als jij dat boek wilt lezen, geen excuses… Jij neemt gewoon de tijd.

Als ik mijn weg naar huis vervolg blijft een zinnetje hangen. Je leeft in twee werelden. Ik trap het gaspedaal nog meer in en draai de autoweg op. Weg van de verpleegkliniek waar mam nu al meer dan twee jaar woont. Een prima plek voor haar, maar ik vind het niet altijd gemakkelijk om daar naar binnen te gaan. Ook al zou je denken dat ik nu toch eens aan die situatie gewend zou moeten zijn. Dat is niet zo. Hoe kun je nu aan een moeder met dementie wennen? Het is zo’n akelige, onomkeerbare, ziekte, de feiten liegen er niet om. Haar geheugen ‘brokkelt’  beetje bij beetje af en er komt een moment dat ze me niet meer zal herkennen. Ik schud die gedachte van me af en concentreer me op de weg. Als ik de weg richting Valkenburg insla, blijven de woorden ‘in twee werelden’ maar komen. Op wie slaat dat nou? Er is slechts nog één wereld waar mam in leeft, waarin haar belevingsvermogen ook nog eens heel kort is. Vanmiddag nog. In een seconde is ze kwijt dat we samen op het terras een kopje koffie hadden gedronken en bij terugkomst in de gezamenlijke woning groet ze me in plaats van gedag te zeggen. Hoe lastig is het dan om niet te reageren… Mam, we zijn net nog samen buiten geweest! Haar wereld wordt kleiner en is niet meer de mijne.

Ik leef zelf in twee werelden. Aan de ene kant druk met de zaak, het ondernemen, afspraken, nieuwe opdrachten binnenhalen, deadlines halen, adviseren, debatteren, zakenrelaties onderhouden, inhoudelijke documenten beoordelen en, ja zelfs, weleens bekritiseren. Aan de andere kant bestaat mijn wereld uit samenzijn met familie en vrienden,  inspiratie opdoen, dromen (verwezenlijken), reizen, lezen, schrijven, mediteren, een goed glas wijn drinken, lekker én gezond eten, luisteren naar een zangvogel, de natuur zien ontwaken, wandelen en (geestelijk) fit blijven op de yogamat. Een wereld die steeds beter bij me past, omdat daarin het ‘ZIJN’ vanzelfsprekend is. Drukte is in die wereld een vies woord. Ik rijd Valkenburg binnen, neem mijn stuur stevig vast en rek mijn rug als ik voor een gesloten overweg kom te staan. Ik besef dat de twee werelden mij prima in balans houden.  De drukte in de ene wereld gaat me zelfs beter af door de inspiraties en rust in de andere wereld. In mijn ‘bovenkamer’ is geen plek voor gepeins of stress. Door een groter relativeringsvermogen creëer je een sterkte dat het gepieker afzwakt. Dat is een mooie gedachte voor vandaag. Ik lach in mezelf en zie in mijn binnenspiegel een man in de auto achter mij knikken. Is hij het met me eens of moet ik gewoon (en snel) doorrijden? Ik steek mijn duim omhoog, lach naar hem en trek op. Het beste uit twee werelden halen, zelfs achter het stuur…😊

 

“Wat is de werkelijkheid eigenlijk?”, vroeg mij laatst iemand. “Voor jou een andere, dan de mijne”, zeg ik bewust. Ik krijg een vragende blik. “Jouw werkelijkheid is toch dezelfde als de mijne! Die stoel waar jij op zit is grijs, dat zie jij en dat zie ik”. Ik lach, het is niet duidelijk wat ik bedoel. En leg uit. “Aan dit meubel, waar ik op zit, hebben we een naam gegeven. Stoel. Ons oog registreert formaat, patroon en kleur. Maar jouw kleur grijs is misschien wel een ander grijs, dan wat ik bij grijs in gedachte heb. Dat wil dus zeggen dat ik niet dezelfde werkelijkheid van die stoel heb.” Nog meer vraagtekens! “Laat ik het zo uitleggen. Jouw werkelijkheid ontstaat door de gedachten die jij creëert. Gedachten vormen je, geven een beeld van jouw leven en jouw omgeving. Wil jij een andere werkelijkheid, bijvoorbeeld, dat huisje op het strand, dan doe je er alles aan om daar binnen no-time met de voeten in het zand te zitten. Je legt een natuurlijke weg af naar jouw werkelijkheid, namelijk zielsgelukkig zijn in dat huisje op het strand! Maar nu komt het. Die werkelijkheid is van jou. Alleen van jou. Wil je dat iemand naast je komt zitten op datzelfde strand, in datzelfde huis, dan zal hij of zij zijn of haar werkelijkheid daarop aan moeten passen. Dat is niet eenvoudig. Daarom stellen we regelmatig onze plannen bij of streven we (samen) naar die gezamenlijke waarheid. Iets tussen (liefhebbende) mensen.” De volgende dag krijgt dit onderwerp een andere lading als mij een verhaal ter ore komt. Een minder plezierige vorm van de werkelijkheid omdat de medemens in staat is zijn of haar werkelijkheid op te dringen aan de ander, zodat de ander in dat verhaal gaat geloven en niet de kans krijgt om te zijn wie hij of zij is. Blijf je diegene volgen of sla je jouw vleugels uit op zoek naar je eigen ik…? Het is werkelijk helemaal aan jou.

Als je een zomermens bent, geen hitte je te heet is, dan gaan de Hollandse winters je steeds meer ‘in de kleren’ zitten. Winters moet wit zijn of helemaal niets. Het liefst trek ik me een half jaar terug als de winter in Nederland toeslaat. Toch lukt het me om de dag met een wandeling te beginnen… Is het niet dat mijn hond er dringend om vraagt! Met mijn hoofd gebogen, muts ver over de oren en bontkraag stevig in mijn nek, trotseren we de storm die vandaag over het land raast. Met windkracht 8 is de dagelijkse wandeling langs de bosrand eerder een uitdaging dan een gemakkelijk te nemen ommetje. Halverwege het pad haak ik het liefste af, maar toch doet de beweging me na 10 minuten zo goed, dat ik stug doorloop tot aan het einde van het pad. Nog even een rondje om de ‘koel’ of naar huis? Mijn reptielenbrein dreunt: linksaf, linksaf, naar huis, maar mijn innerlijke stem heeft de overhand… Lekker doorlopen! De vochtige lucht maakt ademen zwaar, maar met een paar diepe ‘Ujjayi’ yoga-ademhalingen, neem ik de storm ineens niet meer waar. Ik sla rechtsaf het bos in, volledig in mijn element met mijn hond en de natuur. Het pad is drassig en elke stap is een gevecht met de wind. Bomen zwiepen heen en weer. Ergens hoor ik zelfs een tak breken. Mijn hond is inmiddels zo nat dat hij de waterplassen als een beloning ziet. Nog wat natter, graag!  Eén groot waterballet, toch geen mens of hond te bekennen. We hebben het rijk alleen en de zomer in de bol. Zon, zee, strand en een sangria in de hand. Ik lach en reik naar de lucht. Kom maar op… Moedertje natuur! Eenmaal binnen, schudden we onze ‘vacht’ uit en gaan na een verdiende kom ‘voer’ heerlijk onderuit. Ik op de bank, hij snurkend naast me in de mand. Mijn ‘winter blues’ moment.

Je kunt ineens in zo’n gigantisch ‘flow’ zijn, dat de benen verder willen lopen, de ogen meer willen zien en de hersenen op volle toeren draaien om alles te bevatten. Mijn hersenen maken de laatste tijd overuren. Net als mijn lichaam, maar dan heel bewust. Ik voel me er wel bij. Het zijn zo van die dagen dat je echt alles, maar dan ook alles mee hebt. Je krijgt een boost vanjewelste, je verzet de ene na de andere klus en slaat moeiteloos de ene na de andere pagina van dat dikke boek om… En hebt dan ook nog begrepen wat er stond. Dat zijn zo van die dagen dat de zon voortdurend schijnt, je de dag met een lach begint en dat je weet dat die ook zo eindigt. Tenminste als je in die positieve ‘flow’ kunt blijven, niet afgeleid door wie of wat dan ook. En dat is waar het schip voor veel mensen ‘strandt’. Door de stress bij anderen worden hun emoties ineens die van jou. Ben je niet meer jezelf en heb je alle ‘kwade geesten’ tot je geroepen. Zo moest ik laatst naar een bijeenkomst waar veel mensen waren. Bij binnenkomst kwam de eerste gedachte al door… Wat doe ik hier? Waarom ben ik hier gevraagd, maar voelt het toch niet als gewenst? Welke krachten in dit veld proberen me omver te krijgen, zien mij als een indringer? Is het jaloezie, angst misschien? Vast. Het enige wat je dan nog kunt doen, is glimlachen. De lach geeft je zo’n kracht dat niemand je nog kan weerhouden. Je gaat ervoor en net even iets verder dan anderen, zonder twijfel, vol vertrouwen. De ander kun je niet veranderen, maar wel meegeven dat die ‘flow’ nodig is om verder te komen omdat we in deze wereld de kans krijgen en we die moeten grijpen. Niet morgen, maar vandaag, zonder jaloezie, ruzie of minachting. Ik treed binnen en zeg met opgeheven hoofd tegen mezelf: “Hé meid, we waren bezig om van deze dag een feestje te maken. Don’t worry and get back in your flow!”

 

In ons leven worden we dagelijks ‘gestoord’. Door TV, radio of geluiden uit de directe omgeving. Stoorzenders nemen – gewild of ongewild – bezit van je brein. Het begint ’s ochtends vroeg al als je (per ongeluk) de wekkerradio op de meest luidruchtigste zender hebt gezet. Je bent klaarwakker! Niet alleen door het voortdurende geklets, de keiharde muziek of het nieuws in de ‘repeat mode’, maar ook door de ene na de andere reclamespot… Ik heb mijn ogen net open! Als je niet snel genoeg bij de uitknop komt, slaat je hart over, gaat je bloeddruk omhoog en dendert het in je hoofd. Zo startte jarenlang onze dag ook met een radiozender waar je hyperactief van werd. Nu zijn mijn ochtendmomenten heilig en begin ik zonder radio aan de nieuwe dag. Los van luidruchtige deejays of andere invloeden van buitenaf doe ik yoga op de mat. Mijn lief laat het gebeuren en doet ‘in gedachte’ mee. Komt het verstand dan met de jaren of kun je er, als je wat ouder wordt, gewoon niet meer tegen? Geen idee. Ik weet wel dat mijn dag goed begint, zo zonder geluid, zonder stress. Praten doen we even niet. Ook de hond kent dit ritueel en houdt zich koest. Hij wacht braaf totdat de baasjes beneden zijn en hem uitlaten. Dan pas komt er leven in de brouwerij en worden de eerste gesprekken gevoerd. De dag kan beginnen!

Afstemmen op stilte doe je meestal in je eentje. En het hoeft echt niet alleen ’s morgens in alle vroegte te zijn. Hoewel het een geweldige start van de dag is als je die tijd voor jezelf (al dan niet op de mat) neemt. Ik benijd anderen dus niet die gejaagd uit bed springen, snel een douche nemen, boterham in de mond steken, auto starten en zo de file in rijden. Misschien heb ik als zelfstandige makkelijk ‘kletsen’, er is niet echt een baas die op mij wacht. Tenzij er een dringende afspraak in mijn agenda staat. Het halfuurtje voor mezelf werkt op mijn gestel en op mijn innerlijke vezels. Mijn lichaam laadt zich op en mijn hersenen hebben zaak en noodzaak van elkaar kunnen scheiden. Je krijgt bij de laatste zonnegroet zo’n boost, dat de dag niet meer stuk kan.  De hond mag nu wel naar buiten, het heeft – voor hem – lang genoeg geduurd. We laten de geluiden maar binnen, het afstemmen op stilte is voorbij. En wandelen we een stukje verder dan het gebruikelijke rondje dan zijn de vrolijke vogelgeluidjes in het bos een extra cadeautje.